Kansenongelijkheid in het onderwijs werkt door in de levens van heel veel mensen
De 18-jarige Cylus Kawesi is dit jaar bestuurslid van het Landelijk Aktie Komitee Scholieren. Hij rondde vorig jaar de Vmbo-tl af en zit nu in havo 4 op een middelbare school in Maarssen. Als 9-jarige verhuisde hij van Oeganda naar Nederland. Aan het einde van de basisschool kreeg hij het advies Vmbo-kader terwijl zijn citoscore Vmbo-tl en havo aangaf, en hij dat ook graag wilde doen. Zijn vragen hierover leidden niet tot een ander advies van de leerkracht, terwijl kinderen van wo of hbo opgeleide, witte ouders wel die kans kregen. ‘Bang dat je het niet aankan’ en ‘dit is het beste voor jou’, kreeg hij te horen. Het gevoel van ongelijkheid en onmacht dat hij hiervan kreeg, legde de basis voor zijn maatschappelijk bewustzijn en missie om een kritisch geluid over kansenongelijkheid in het onderwijs te laten horen. Dat begon als voorzitter in de leerlingenraad en medezeggenschapsraad op zijn eigen school, en leidde tot een plek in het zevenkoppige bestuur van LAKS dit schooljaar. En precíes dat kritische geluid brengen doet hij nu. In workshops op scholen door het hele land, maar ook bij het ministerie van Onderwijs en op andere plekken waar onderwijsbeleid gemaakt wordt.
Alle geportretteerden kozen een mensenrecht waar ze veel aandacht aan besteden in hun leven en werk.
Je koos voor het mensenrecht recht op onderwijs voor iedereen. Waarom?
Als het bij mij gebeurt, gebeurt het ook bij andere mensen. Kansenongelijkheid in het onderwijs is een probleem van onze samenleving dat doorwerkt in de levens van heel veel mensen. Iedereen heeft recht op onderwijs, maar ook op het juiste onderwijs dat bij je past. En iedereen verdient daarbij een gevoel van eigenwaarde. Het beeld dat je meer waard bent voor de samenleving als je havo of vwo doet, en minder als je vmbo doet, is heel hardnekkig. En als je dan een zwarte huidskleur hebt, zoals ik, of je komt uit een gezin met minder geld, of je hebt ouders die niet wo of hbo opgeleid zijn, en je wordt daarom vaker in de vmbo-groep gezet dan in een havo- of vwo-groep: dan krijg je een groep mensen die zich minderwaardig voelt ten opzichte van die andere groep, die zich dan weer superieur voelt. Ik wil in de gespreken die ik nu op scholen voer leerlingen bewust maken van hun eigen positie en van het idee dat er in hun klas mensen zitten die minder kansen hebben dan zij, dat ze eens in andermans schoenen gaan staan en onderzoeken waarin zij hen zouden kunnen helpen. En ik wil beleidsmakers en docenten laten nadenken over wat een indeling op een bepaald onderwijsniveau/richting doet met de eigenwaarde van kinderen.
Wat betekenen mensenrechten voor jou?
Dat mensen de mogelijkheid hebben te zijn wie ze willen zijn, maar daarbij ook moeten accepteren dat we niet hetzelfde zijn en dat het soms nodig is water bij de wijn te doen. Dat we in gesprek zijn en blijven met elkaar en bereid zijn van elkaar te leren. Over waar we vandaan komen, waar we in geloven. We behoren allemaal tot subculturen, maar dat kan volgens mij heel goed bestaan naast samenleven met elkaar.